Superheld met spierballen...
 in gevecht met de invaller

 Hoofdstuk 1: Meester te koop!
 
Evy knalt de achterdeur achter zich dicht en stampt de krakende trap op. Boos duwt ze de slaapkamerdeur met een dreun in het slot. Na een aanloop springt ze op haar bed. Razend is ze! Die stomme school…Ze wil slaan. Net zo lang totdat ze geen woede meer voelt. Maar waar kun je tegen slaan zonder dat het kapot gaat? Ze speurt haar kamer af. Haar oog valt op de stapel kussens aan het voeteneind. In één handbeweging grijpt ze het hoofdkussen wat bovenop ligt. Met haar andere hand mept ze als een verwoede tennisster tegen het onschuldige hoofdkussen. Baf… baf… baf…in  het ritme van een hardloper.

Huh? Hoort ze iets? Ingespannen luistert ze nogmaals. Een zachte klop op de deur. Verschrikt laat ze het kussen los, wat verfrommeld op het matras landt en roerloos blijft liggen. Wie verstoort haar boosheid?  ‘Eef, je bent woedend hè? Misschien kan ik je helpen?’ Nou nee. Evy kan mam nu zeker niet gebruiken. Met ingehouden woede schreeuwt ze:  ‘Als je niet snel weggaat, ontplof ik!’ Zo voelt het ook. Haar buik staat op springen, scheldwoorden verdringen zich op haar tong, haar ogen springen bijna uit hun kassen. ‘Over een kwartier hoor ik wel waarom je stampvoetend naar boven rende. Tot straks, schat!’Evy hoort geklik van hakken. Zo, mam is weg!

Ze pakt een volgend kussen om te vermorzelen, ze trekt, duwt en knijpt ’t uit vorm. Ondertussen denkt ze aan school… de stomme invaller die denkt dat ‘ie leuk is… het strafwerk vandaag … de vervelende sfeer … juf Moniek … ziek en zo lief… Want juf Moniek is een schatje. Voor de meest vreemde dingen verdien je een cadeautje. Een week super samenwerken, netjes schrijven, eindelijk iets moeilijks kunnen of een hoog cijfer halen voor de toets. Nee, een betere juf bestaat niet. Ze luistert, troost, maakt grapjes, haalt gezelligheid in de klas en… lijkt soms op een kind. Vooral als ze een spelletje, wedstrijd, liedje of spannend verhaal bedenkt. Als Evy hieraan denkt, stralen haar ogen. Ze wil zo graag haar juf terug! Maar ze weet dat dat erg lang duurt. Als vanzelf komt er een brok in haar keel. Die groeit als ze aan meester Ronald denkt. De invaller heeft geen benul van beloningen.  Hij blijft op een veilige afstand staan, kijkt en doet vervolgens niets. Hij draait het om. Als je een probleem hebt, kom je naar hem toe en hij zegt wat je moet doen. Plus de lol-regel: je mag alleen lachen om zijn grapjes als hij het zegt. Bah! Als het zo moet, blijft ze liever thuis. Niemand pakt haar vrijheid af. Nijdig bijt ze in het kussen en smijt het over de rand van haar bed.

Bam! Geschrokken kijkt ze over het randje van haar bed. Het kussen heeft haar zelfgemaakte beeldje veranderd in brokken die verspreid liggen over de grond. Welallebroodjeskrentenbol! Dit kan er ook nog wel bij! Boos raapt ze de stukken op en legt ze naast elkaar neer op het bureau.  Het ziet er triest uit. Zou mam het nog kunnen lijmen? Hmpf… nog even en dan barst ze uit haar vel van kwaadheid. De ellende begon gisteren. Als het gisteren anders liep, dan zat ze nu niet met het gebroken beeld. Meester Mike, de directeur stond in het lokaal. Zijn boodschap was vast belangrijk, want hij vertelt alleen belangrijke informatie aan een klas. Hij werkt meestal in zijn kantoortje.  ‘Juf Moniek is ziek en komt voorlopig niet terug’, zei hij. Daarna mochten de kinderen vragen stellen. De nieuwe invaller gaf alle vakken, kinderen mochten gewoon doorwerken in de boekjes van rekenen en taal. Kjell had een bijzondere vraag. ‘Komt juf Moniek deze week nog naar school?’ Gelach. Kjell in de bocht. Met zijn domme vragen waar je om moet lachen, omdat ze zo dom zijn. Ondertussen liep de invaller naar binnen. Een stoere man in een spijkerbroek en skateschoenen. Door zijn t-shirt zag je zijn spierballen.  ‘Hoi, ik ben meester Ronald. We krijgen samen een leuke tijd!’ Evy vond de meester meteen aardig. Toch had ze het mis. Meester Ronald leek zo leuk, maar hij is het niet! Nu zitten ze mooi met hem opgescheept. En het allerergste is wel dat hij vertrekt als de juf terug komt. Meester Ronald doet een hoop rare dingen. Tijdens het lesgeven wiebelt hij van been naar been. Het lijkt alsof hij op een skateboard staat!

Mam klopt zachtjes op de kamerdeur. Evy laat mam binnen en samen ploffen ze neer op het kreunende bed. Mam maakt een zak met M&M’s open. Klingelend glijden de M&M’s in een schaaltje. Mam en Evy vallen meteen aan op de snoepjes. Mam propt en propt… totdat haar wangen gevaarlijk opzwellen en ze vuurrood aanloopt. Alsof een vulkaan elk moment uitbarst. Evy proest het uit. Heel even vergeet ze de M&M’s in haar mond… Een zacht getik op de muur, de kast, het bed en de vloer vragen haar aandacht. Met gefronste wenkbrauwen en een lege mond, kijkt ze naar de kleine gekleurde vlekjes op de kast en de vloer. Gemaakt door de M&M’s uit haar mond. Mam’s buik schudt heen en weer van het lachen. Nu ziet mam er nog vreemder uit. Evy houdt het niet meer! Ze rolt van het bed in een onbedaarlijke lachbui. Die alleen maar erger wordt als de M&M’s uit mam’s mond knallen. De vloer krijgt nog een verflaagje en lijkt op een gevlekt, vliegend tapijt.

Wanneer Evy eindelijk uitgelachen is, begint mam een gesprek. Haar gespikkelde tong beweegt driftig heen en weer. Evy krijgt tranen in haar ogen van het lachen. Mam gaat maar door. Ze trekt een pruillip en steekt haar tong naar buiten. Wanneer ze haar neus raakt, moet Evy nodig naar de wc. Ze rent en trekt met een bons de deur dicht. Ze heeft zelfs buikpijn door het lachen. ‘Haha, au, haha..’,  klinkt het zielig vanaf het toilet.

Even later zitten ze weer naast elkaar op het bed. Evy vertelt over juf Moniek, de vervanger en hoe de invaller zich gedraagt. Vooral zijn strenge regels en wrede straffen.  ‘Oneerlijk… ik deed niks!’ Van kwaadheid trapt ze tegen het nachtkastje. ‘Meester Mike snapte me wel. Na een gesprek met die invaller mocht ik naar huis.’ Mam slaat haar arm om haar schouders. ‘Je mist jouw juf hè? Hoe hard meester Ronald ook zijn best doet, het maakt niets uit, want hij is nu eenmaal anders. Maar meester Ronald heeft leuke dingen die jij nog niet weet. Echt waar!’ Het zal wel. Voor Evy doet dat er niet toe. Niemand vervangt haar eigen juf. Zelfs invallers, zoals meester Ronald, maken geen schijn van kans. ‘Mijn juf moet terug komen’, zegt ze koppig.  ‘Natuurlijk Eef. Meester Mike regelt de beste vervanger totdat jouw juf weer beter is. Ondertussen vrolijk jij de juf op. Goed idee, toch?’ Evy knikt. Wat maakt juf Moniek vrolijk? Iets wat ze zelf maakt… een tekening… een cadeau… een bosje bloemen… ‘Wat denk je van een beterschapskaart?’ Het lijkt alsof mam haar gedachten leest. Wat een topidee! Zomaar ineens geeft ze mam een zoen. ‘Ik wil de kaart zelf tekenen. Heb jij nog een lege kaart?’ Mam knikt. Samen lopen ze de trap af. Evy om de tekenspullen te halen. Mam wil de M&M-vlekjes verwijderen met schoonmaakmiddel.

Er wordt hard gewerkt op de kamer van Evy. Evy tekent, terwijl mam de vloer schrobt. Op het papier ontstaan langzamerhand een taart en slingers. In de meest vrolijke kleuren. Mam buigt zich over haar heen.   ‘Wauw, prachtig! Tsjongejonge, je hebt talent. Ik ben benieuwd     hoe mooi de kaart wordt als ‘ie klaar is. Ik ruim even mijn schoonmaakspullen op.’ Met haar tong uit haar mond werkt Evy verder. Een gele, ronde zon maak je niet zomaar. Een gezichtje in de zon vrolijkt de zon op. Aan de linkerkant van de kaart tekent ze een bos bloemen. Rode, roze en witte bloemen met hartjes voor de bloemblaadjes. Bovenaan komt in haar mooiste handschrift ‘beterschap’. Klaar! Ze draait kaart om en schrijft met gouden letters: 

  Juf, wordt maar snel beter. We missen je! Van Evy, Johan en Saskia de Leeuw.